11 juli 2021
Verandering kan zorgen voor stress, spanning en een gevoel van verloren zijn.
“Ik ben mijn loop vergeten,” dat zei de bewoonster, toen ik haar vroeg hoe het maar haar ging en hoe ze het op dat moment maakte.
“Ik ben mijn loop vergeten, riep ze geëmotioneerd uit.” “Haar loop vergeten?”, dacht ik. “Wat bedoelt ze nu toch weer daarmee?” Ze zit namelijk al sinds tijden in een rolstoel en kan al lange tijd niet meer lopen. Hoe kan ze haar loop vergeten zijn? Is ze vergeten hoe ze vooruit moet komen met haar rolstoel? Of weet ze iets anders niet meer? “Nee”, zei ze, toen ik haar vragend en aarzelend aankeek, “ik ben de weg kwijt. Ik weet niet meer waar ik ben. En ik kan mijn huis helemaal niet meer vinden”. “O,” dacht ik toen, “ze bedoelt natuurlijk dat ze het spoor bijster is geraakt.” “Zal ik u even de weg wijzen naar uw kamer? Kijk, dat is hier de deur door en dan links af. Kijk daar is het al.”
Nu woonde deze mevrouw al lang op de afdeling. Maar haar opmerking zette me wel even stil. Want het is eigenlijk nogal wat voor een bewoner om op een afdeling te komen wonen. We staan er lang niet altijd bij stil, maar een verhuizing naar een afdeling betekent altijd een verandering en zorgt soms ook voor stress en spanning.
En dat geldt ook als je op een verpleegafdeling van één van onze beide huizen komt te wonen. Het betekent een nieuwe omgeving in een ruimte met onbekende bewoners, waarvan je maar moet afwachten en ondervinden of dat allemaal wel past en klikt. Het betekent een nieuwe kamer, dus een nieuwe plaats, met veelal minder mogelijkheden en ruimte om al je vertrouwde, oude en dierbare spulletjes, waar je aan gehecht was, een plaats te geven. Het betekent een afscheid van buren, waar je misschien al wel jarenlang naast woonde, een afscheid van een stuk zelfstandigheid ook. En soms duurt het een tijd voordat er het gevoel komt dat het zo goed is en dat het leven op de afdeling ook een leven van geborgenheid en een gevoel van ‘hier ben ik thuis’ in zich kan hebben. En soms heb je tijd nodig om te wennen aan medebewoners, een ander dagritme en aan de betrokken zorgmedewerkers.
Maar soms komt het gevoel van je-thuis-voelen op de afdeling er niet. Zo was er eens een bewoonster die de hele dag naar haar oude huis verlangde. Haar kamer, waar toch haar spulletjes stonden met wat foto’s van dierbaren was haar huis niet en werd dat ook niet. Verandering van plaats kan maken dat je je geconfronteerd weet met een stuk leegte en zinloosheid of met onzekerheid.
En waar ontleen je dan zin aan? Waar is dan je zekerheid, waar vind je dan geborgenheid? Waar kun je een weg vinden als je je loop vergeten bent? Of kwijt bent geraakt? Want in die uitspraak “ik ben mijn loop vergeten” zit ook iets in van: ik ben iets van mezelf verloren, iets wezenlijks van mezelf kwijt geraakt. Dat kan zijn doordat je verstand minder scherp en alert is geworden, maar ook omdat je herinnering aan gebeurtenissen van vroeger het zo af en toe laat afweten of omdat je kracht en kunnen tekort schieten.
“Ik ben mijn loop vergeten”, zei de bewoonster. Ik ben iets van mezelf kwijt geraakt, iets verloren, iets vergeten, misschien zelf jezelf wel. En dat confronteert je en plaatst je voor grenzen die persoonlijk bij je horen.
Hoe vind je dat of jezelf terug? Misschien heeft het wel te maken met aanvaarding dat het leven niet stil staat of dat omstandigheden zich kunnen wijzigen. Maar het kan ook wel te maken hebben met overgave aan jezelf. Zodat je jezelf niet altijd aanpast en daarmee jezelf verliest door altijd maar weer af te stemmen op de behoefte van de ander of wat de situatie vraagt. Misschien heeft het ook wel te maken met voldoende innerlijke ruimte die je aan jezelf gunt en geeft zodat je authentiek bent en dat ook blijven kunt bij alle veranderingen om je heen of binnen in je die nu eenmaal bij het bestaan horen en waar je je niet aan onttrekken kunt.
Hoe voorkom je dat je jezelf verliest? Misschien wel door eens een keertje wat minder af te stemmen op de wens of de behoefte van een ander. Of door jezelf van waarde te achten je jezelf weer te hervinden en herwinnen als je jezelf even kwijt bent geraakt.
“Ik ben mijn loop vergeten!” De bewoonster, die de situatie niet meer onder controle had, was het spoor bijster geraakt, de grip verloren en was op dat moment de weg even kwijt. Hoe mooi was het om de bewoonster de weg te wijzen naar haar kamer en even met haar mee te lopen. Bij het zien van haar vertrouwde ruimte zag je haar tot bedaren komen en tegelijk de onrust bij haar verdwijnen.
En hoe mooi is het om de Bijbel te lezen dat de Eeuwige zich ontfermt over het verlorene.
Ik wens u een fijne zondag met veel ruimte voor uzelf en de ander toe.
Hartelijke groet, Johan Vos, geestelijk verzorger PCSOH